Na een redelijk soepel verlopende reis zijn we dan weer thuis. Ondertussen is het dinsdagavond, ik ben ruim een dag thuis en ben nu alweer helemaal gewend aan het luxe leventje hier. Ik wil mijn verhaal nog graag afmaken, vooral omdat ik het niet wil eindigen met misschien wel de meest negatieve gebeurtenis van ons avontuur.
Het vliegveld van Douala was enigszins chaos en paniek. Nergens was fatsoenlijk aangegeven welke kant we op moesten en van alle kanten werden we aangesproken door mensen die iets van ons wilden of ons (zogenaamd) wilden helpen. We hadden werkelijk geen idee wie we nou wel of niet konden vertrouwen. Ik had mijn backpack voor de zekerheid ingepakt in een soort plastic tas die ik had dichtgetaped, omdat ik geen idee had of ik mijn backpack op het vliegveld zou kunnen sealen. Gelukkig kon dat wel, dus heb ik de zak er weer vanaf gehaald en voor 2000 CFA was m’n tas weer veranderd in een klein plastic propje. Vervolgens werd het plastic propje op vijf plekken opengeknipt om het handvat van de tas te zoeken. Als ze dat nou van tevoren hadden gedaan.. Goed, beetje tape erop en hij kon er weer mee door.
Lisa wilde nog heel graag een souvenirtje scoren, dus toen we langs een aantal kraampjes met souvenirtjes kwamen is zij nog even gaan kijken, terwijl ik op de koffers paste. Wisten wij veel dat we weer in deze ruimte terug zouden komen na het droppen van onze bagage.. Goed, bagage gedropt, toen ging ik ook nog maar even kijken voor een souvenirtje. Zonder resultaat, ik werd echt te zenuwachtig van de opdringerige verkopers. Toch maar richting douane dan. Eerst moest er weer een imigration formulier worden ingevuld (die we op de heenweg ook al hadden ingevuld) en na de paspoort check konden we doorlopen naar de volgende paspoort check. De man staarde een tijdje naar m’n paspoort waarna hij zei ‘Oede.., c’est command?’. Het duurde bij mij iets te lang tot ik doorhad dat hij dacht dat het eerst deel van mijn achternaam (Oude) mijn eerste voornaam was. Ze schrijven in Kameroen namelijk om de een of andere reden hun voor- en achternaam in omgekeerde volgorde. Ik brabbelde maar iets als ‘Oui, ça va’, maar tegen die tijd had hij het volgende paspoort al in zijn handen.
Net voor de gate kwamen we nog een rustig winkeltje tegen met nog wat souvenirtjes. Hier scoorde ik voor m’n laatste 5000 CFA’s nog een leuk Afrikaans tasje en portemonneetje. Daarna liepen we door naar de douane, waar we dubbel gecheckt werden. Eerst de tas en wijzelf door de scan. Mijn banaantjes, rol tape (waarmee ik m’n backpack had ingepakt) en lege fles water mochten niet mee. Had ik voor niks die fles leeg staan atten. Vervolgens werd de tas nog met de hand doorzocht en werden we nog handmatig gefouilleerd. Of nouja, de bovenste items werden uit m’n tas gehaald, maar de beste man had geen zin om diep m’n rugzak in te graven. Vond ik opzich geen probleem.
We waren blij dat we al om acht uur de taxi naar het vliegtuig hadden genomen, want het was kwart voor tien tegen de tijd dat we rustig in de gate konden gaan zitten. Twintig minuutjes later begonnen we met boarden, wonder boven wonder stipt op tijd. Een uur later zouden we vliegen, helaas werd dat dan weer wel een uurtje later. Het blijft Afrika. De vlucht verliep prima en, dankzij een filmpje en drie uur slaap, snel. Op Parijs konden we dankzij de vertraging, geluk bij een ongeluk, direct het volgende vliegtuig in naar Amsterdam. Deze vlucht werd niet verzorgd door AirFrance, maar door KLM, we kregen dan ook een bruine boterham als snack. Na een maand lang alleen maar witte baguette was ik daar heel erg blij mee. Ik had stiekem gehoopt op kaas als beleg, maar het werd ei. Gelukkig had ik de afgelopen maand nog nauwelijks ei gegeten. In Amsterdam konden we direct doorlopen en instappen op het kortste vluchtje dat ik ooit heb gehad richting Düsseldorf. Erg raar om dan weer uit Nederland te vertrekken en ook erg gek om drie keer op één dag in een ander vliegtuig te stappen.
Op Düsseldorf stond een heel welkomstcomité, met bloemetjes, drop en stroopwafels klaar. We hebben nog even met z’n allen een Starbucks gedronken (na een maand zonder koffie) en toen allebei op naar huis.
De allereerste warme douche was raar, maar heerlijk. Net als mijn eigen zachte bed. Ik werd eindelijk een keertje wakker zonder rugpijn. (Oh Lisa: guess what? Ik hoefde niet eens mijn rug te kraken vanmorgen! Je had erbij moeten zijn hahaha). Vanmorgen voor het eerst weer hardgelopen. De eerste week van afgelopen maand miste ik dat nog, maar daarna vergeet je het eigenlijk een beetje. Ik kwam er nu weer achter hoe heerlijk het is om dat gewoon te kunnen doen. Toen ik vannacht wakker werd besefte ik me plotseling hoe raar het is om weer thuis te zijn. Alles gewoon weer bij de hand hebben. Iedereen gewoon weer kunnen zien. Boodschappen doen in een supermarkt. Kleding wassen in een wasmachine. Water drinken uit de kraan. Je behoefte doen op een normale wc. Überhaupt zeker weten dat je altijd stromend water hebt en dat er altijd elektriciteit is. Als je hier bent realiseer je je pas hoe verschillend onze werelden zijn. Ik kan nog steeds niet zo goed beseffen dat er zoveel mensen op de wereld zijn voor wie mijn ervaringen van de afgelopen maand gewoon het normale leven is. Natuurlijk weten deze mensen niet of nauwelijks anders, maar toch is het raar dat er zoveel verschil is in de wereld.
Ik ben ontzettend blij en dankbaar dat ik deze prachtige reis heb mogen maken. Ik heb er absoluut geen spijt van, hoewel ik ook wel af en toe wat struggles heb gehad. Het is een ervaring waar ik veel aan heb gehad en waar ik waarschijnlijk nog mijn hele leven veel aan zal hebben. Ik denk dat dit bovendien nog lang niet het eind is van mijn blog, want ik vind het veel te leuk om over mijn ervaringen te schrijven. Wat in eerste instantie begon als een soort dagboek voor mezelf, werd bijna een boek vol met al mijn belevenissen. Ik heb erg van het schrijven genoten, omdat ik zo mijn dag steeds weer op een rijtje kon zetten. Ik hoop dat jullie ook van mijn verhalen hebben genoten.
Liefs,
Tess
Wat mooi geschreven zeg.